Tweede Kamer wil snel verbod op levend koken van krabben en kreeften
Bijna alle partijen steunen een motie van PvdD en PVV.
Onze kennis over krabben en kreeften is sinds de eeuwwisseling enorm toegenomen. Toen werd nog gedacht dat deze schaaldieren geen bewustzijn en geen gevoel hebben. Inmiddels weten we beter. Eerder dit jaar is in Zweden zelfs de pijnbeleving van strandkrabben gemeten.
De reden dat er zoveel onderzoek is gedaan naar krabben en kreeften, en hun pijnzin en -beleving in het bijzonder, is dat de dieren meestal levend en bij bewustzijn worden gekookt. Vanwege hun harde pantser duurt het minstens een halve minuut, en kan het zelfs minutenlang duren, voordat een krab of kreeft in kokend water sterft. Zij zullen pijn anders ervaren dan zoogdieren. Maar dát ze pijn lijden, weten we inmiddels.
Nieuw-Zeeland en Zwitserland hebben het levend koken van krabben en kreeften daarom verboden. Drie jaar geleden steunden alle partijen in de Tweede Kamer met uitzondering van Forum voor Democratie een motie van Tjeerd de Groot (D66) en Frank Wassenberg (PvdD) die vroeg om een verbod in Nederland.
Het toenmalige kabinet gaf daar een draai aan. Eerst zou een ‘werkbaar alternatief’ voor de horeca moeten worden gevonden: een apparaat om de dieren elektronisch te bedwelmen. Daarvoor werd eerst lopend onderzoek in Noorwegen afgewacht. Toen is onderzoek in Nederland uitgezet. Inmiddels zijn we drie jaar verder en is er weinig veranderd.
Een aantal restaurants is de laatste jaren wel op eigen initiatief gestopt met levend koken. Hoeveel dat nog wel doen, weten we niet.
We weten ook niet om hoeveel dieren het gaat. Het RIVM heeft cijfers over consumptie, maar die zijn uitgedrukt in gewicht en niet onderverdeeld per diersoort. (Krabben en kreeften behoren samen met onder andere garnalen, mosselen en kokkels tot de ‘schaal- en schelpdieren’.) De sectoren en overheid houden cijfers van vangst, import en export wel per diersoort bij, maar ook die zijn in kilo’s en niet in aantallen dieren. Aan de hand van die cijfers, en uitgaande van een gemiddeld gewicht per dier, werd in 2018 geschat dat er jaarlijks 1 miljoen krabben en 1 miljoen kreeften in Nederland worden gegeten.
‘Geef mij de tijd’
Toen de Partij voor de Dieren de staatssecretaris voor Visserij, Jean Rummenie (BBB), in september vroeg hoe het stond met de motie-De Groot/Wassenberg, was het antwoord niet bemoedigend: onderzoek naar een ‘werkbaar alternatief’ zou nog vier jaar duren. Hij vroeg Ines Kostić (PvdD) een maand later om geduld:
Een verbod instellen voor alle restaurants zonder dat er een werkbaar alternatief is, is niet realistisch. Ik doe het onderzoek om tot een apparaat te komen dat onderbouwd en werkbaar is, dus geef mij alstublieft de tijd daarvoor.
Kostić en Dion Graus (PVV) vonden dat er genoeg tijd overheen was gegaan. ‘We moeten niet weer jaren wachten,’ zei Graus tegen RTL. ‘We moeten juist versnellen.’ Samen dienden de twee Kamerleden nóg een motie in, deze keer met de nadrukkelijke oproep om snel een verbod te regelen.
Laatste poging
Op het laatste moment, in een debat vorige week, kwam Rummenie met een handreiking: het onderzoek zou in twee in plaats van vier jaar kunnen worden afgerond. Hij vroeg Kostić en Graus om hun motie in te trekken.
Daarmee beloofde de staatssecretaris echter niet om binnen twee jaar een verbod in te voeren. Zelfs niet om binnen twee jaar een verbod voor te bereiden. Na afronding van het onderzoek zou de nieuwe verdovingsapparatuur nog in productie moeten worden genomen. Pas daarna zou de staatssecretaris gaan ‘bekijken of een verbod haalbaar is en hoe we dat in de regelgeving kunnen verwerken.’
De Kamerleden waren niet overtuigd. ‘Je kunt er van alles omheen bedenken, maar hier moeten we nu gewoon een streep trekken,’ vond Kostić.
Dat vonden andere partijen ook. Zelfs Rummenie’s eigen BBB stemde dinsdag vóór de motie van PvdD en PVV. Net als drie jaar geleden was alleen FvD tegen.