Stilletjes sterft het gasverbod: onhaalbaar en onbetaalbaar
Onder Rutte IV dooft de ambitie om Nederlandse huishoudens van het gas af te halen.
Het wordt steeds stiller rond het gasverbod. Het afsluiten van de Nederlandse woningen van het aardgas loopt uit op een mislukking, schrijf ik in Wynia’s Week. De wal keert het schip: het afsluiten van het gas is te duur, de alternatieven onhaalbaar of onbetaalbaar. Het kroonjuweel van het Nederlandse klimaatbeleid wordt aan zijn lot overgelaten.
Het vorige kabinet, Rutte III, verbood het aansluiten van nieuwe woningen op aardgas. In 2030 moesten bovendien 1,5 miljoen bestaande woningen van het gas afgesloten zijn en de rest in 2050. Er is nog nauwelijks een begin gemaakt.
Pijnlijk ook: Rutte III verhoogde de gasbelasting om Nederlanders van het gas af te duwen. Nu aardgas als gevolg van de gaspolitiek van Poetin, de oorlog in Oekraïne en de sancties van de Europese Unie nog duurder is geworden, ziet het kabinet-Rutte IV zich gedwongen om de aardgasconsumptie juist met vele miljarden euro’s te subsidiëren.
Het vorige kabinet dacht twee vliegen in één klap te slaan: door alle Nederlandse woningen van het aardgasnet los te koppelen, zou het én de gasvelden in Groningen kunnen sluiten én de klimaatdoelen van Parijs halen. Gasland Nederland was het enige ter wereld dat woningen met prioriteit van het gas wilde afsluiten. Het wekte in buurlanden Duitsland en België verbazing. Omdat aardgas veel minder vervuilend is dan het stoken van kolen en olie werden gasaansluitingen daar juist gesubsidieerd.
Veel hogere kosten
Onder Rutte IV dooft de ambitie om Nederlandse huishoudens van het gas af te halen. Nieuwe woningen worden weliswaar nog steeds gasloos gebouwd, maar het aardgasvrij maken van bestaande huizen gaat hoogst moeizaam.
‘Van de doelstelling om bestaande woningen van het gas te halen is voor zover mij bekend weinig terecht gekomen,’ zegt Martien Visser, lector energietransitie aan de Hanzehogeschool Groningen, tevens werkzaam bij Gasunie als manager strategie. René Peters weet waarom. ‘De kosten zijn veel hoger dan oorspronkelijk ingeschat,’ vertelt de gasdeskundige van TNO: zo’n 40.000 euro per woning. Het kabinet rekende op 10.000 tot 20.000 euro.
Op den duur alle woningen van het gas
Het stoken van gas voor warmte veroorzaakt 15 procent van de Nederlandse uitstoot van broeikasgassen. Het kabinet wil in 2030 de helft minder uitstoot en in 2050 nul. Daarvoor zouden in 2030 1,5 miljoen woningen van het gas af moeten en in 2050 alle gebouwen, ook kantoren. Sommige linkse gemeenten, zoals Amsterdam, lopen nog een stapje harder en willen al in 2040 aardgasvrij zijn.
Dat aardgasvrij maken is een doel op zichzelf geworden. Terwijl de meest gekozen alternatieven — warmtepompen en warmtenetten — het halen van de klimaatdoelen juist vertragen. Beide zijn namelijk nog een tijdje afhankelijk van… aardgas.
Proeftuinen met drie alternatieven
Door de hoge gasprijs zijn elektrische warmtepompen waanzinnig populair. In twee jaar tijd is het aantal verdubbeld naar zo’n 1 miljoen. Vanaf 2026 wordt de verkoop van alleen-gasketels verboden.
Een half miljoen huishoudens zijn aangesloten op een warmtenet. Vaak in de stad, daarom wordt dit ook wel stadsverwarming genoemd.
Elektrificering (warmtepompen plus koken op inductie) en warmtenetten zijn twee van de drie alternatieven op aardgas. Het derde is aardgas vervangen met een ander gas. Zoals biogas, dat wordt gemaakt door gft-afval of mest te vergisten. Of waterstof.
Alle drie de opties worden uitgeprobeerd in 66 ‘proeftuinen’ verspreid over het land. Tot 2028 betaalt het Rijk 435 miljoen euro mee om die 66 dorpen en wijken van het aardgas te krijgen.
Warmtepompen hebben nog steeds gas nodig
Door de hoge gasprijzen en de snelle bouw van windmolenparken op zee is het aandeel van gas in onze elektriciteitswinning vorig jaar met een vijfde gedaald. Maar nog altijd leveren gascentrales 40 procent van de stroom in Nederland. De stroomvraag is door die 1 miljoen warmtepompen toegenomen.
Veel warmtepompen zijn ook nog eens ‘hybride’, en stoken dus deels op gas, want zonder goede isolatie en vloerverwarming houdt een elektrische warmtepomp een vrijstaand huis in de winter niet warm. Voordeel van hybride pompen is wel dat ze op koude dagen minder stroom vreten.
Voor warmte afhankelijk van een fabriek
Warmtenetten vangen vaak restwarmte af uit de industrie. Bijvoorbeeld van de afvalverbrander in Amsterdam. Of de kunstmestfabriek in Zeeland. Mooie oplossing, zou je denken. Anders gebeurt er niets met die warmte.
De nadelen zijn onder meer dat nieuwe, geïsoleerde leidingen nodig zijn, waaruit toch nog enige warmte ontsnapt, en dat wijken afhankelijk worden van vervuilende fabrieken. Die fabrieken sluiten meerjarencontracten af met de beheerders van warmtenetten. Dat maakt het lastiger om industrieën te verduurzamen. Een schonere productie zou betekenen dat er minder restwarmte wordt geproduceerd.
Zo wil Amsterdam dat inwoners minder afval weggooien. Tegelijkertijd heeft het Afval Energie Bedrijf vuilnis nodig om te stoken en warmte te kunnen leveren aan het warmtenet. Dus wordt er afval uit het Verenigd Koninkrijk geïmporteerd.
De EU wil het gebruik van kunstmest de komende zeven jaar met 50 procent terugdringen, maar er liggen ook plannen om woningen aan te sluiten op restwarmte van de Yara-kunstmestfabriek in Sluiskil. Die op aardgas stookt.
Stadsverwarming is net zo duur
Dan is stadsverwarming ook nog eens even duur als aardgas. Dat is bij wet geregeld om consumenten te beschermen tegen monopolisten. Een warmtenet is immers in handen van één partij. Soms een commercieel bedrijf, zoals Vattenfall in Amsterdam, maar vaak ook gemeentelijke bedrijven. Consumenten die van het aardgasnet worden afgesloten, kunnen niet meer op een andere leverancier overstappen.
Toen aardgas goedkoop was, was stadswarmte dat ook. Sinds een jaar benadeelt de prijskoppeling consumenten. De oplossing van minister voor Klimaat en Energie Rob Jetten (D66)? Neem alle warmtenetten in publiek bezit. Alleen de levering van warmte aan het net zou nog door private partijen mogen worden uitgevoerd.
Het plan is commerciële eigenaren in het verkeerde keelgat geschoten. Vattenfall heeft de uitbreiding van het warmtenet in Amsterdam stopgezet.
Femke Kuipers van de Stichting Warmtenetwerk zegt daarover:
Als warmtesector stonden wij aan de lat voor 500.000 huizen van het gas af voor 2030. Dat was tot voor kort haalbaar. Echter, de commerciële warmtebedrijven hebben een investeringsstop sinds half oktober.
Toen kondigde Jetten zijn wetswijziging aankondigde.
Daarmee raakt de doelstelling snel uit beeld.
Waarom geen schoon gas?
De derde optie, aardgas vervangen door een ‘schoon’ gas, lijkt makkelijker. Daar kunnen de bestaande gasleidingen voor worden gebruikt. Het Planbureau voor de Leefomgeving heeft uitgerekend dat dit voor de meeste wijken goedkoper is dan overschakelen op warmtepompen of warmtenetten. Toch zitten er ook aan deze optie haken en ogen.
Shell wil bijvoorbeeld groene waterstof maken in Rotterdam, maar daar is veel meer groene stroom voor nodig. Tot het zover is, wordt waterstof met aardgas gemaakt. Vervolgens komen grootverbruikers als Dow Chemical, Tata Steel en Yara als eerste in aanmerking. Voor de groene-stroombehoefte van alleen Tata Steel is al een windmolenpark ter grootte van de Noordoostpolder nodig.
Biogas dan? Dat wordt gemaakt door bijvoorbeeld rioolwater of gft-afval te vergisten. Klinkt misschien niet fris, maar het is beter voor het milieu. Ingenieur Kirsten Zagt doet het met zijn bedrijf Bareau, dat meewerkt om het dorp Krewerd, in het aardbevingsgebied van Groningen, energieneutraal te maken. De techniek wordt echter niet omarmd door de grote bedrijven:
Groen gas produceren stuit op weerstand vanuit de fossiele-brandstofindustrie.
Aan zijn vergistingsreactor verdienen de Shells en de Vattenfalls van de wereld geen geld.
Egbert Ludwig, directeur van de energiecoöperatie Bronnen VanOns, dat zonneparken in noordoost-Nederland bezit, ziet het niet anders:
De lobby en de belangen zijn sterker dan de wil om de doelstelling te halen.
Dat ondermijnt volgens hem het draagvlak onder de bevolking.
Er is geen ideale oplossing
Peters nuanceert: groen gas is ook duur. ‘In de orde van 1 euro per kuub.’ Aardgas kostte voor de Russische aanval op Oekraïne 20 tot 30 cent per kubieke meter. De hoge aardgasprijs maakt biogas concurrerend, maar het betekent ook dat makers van groen gas (biogas waar de CO₂ is uitgehaald) geen subsidie meer krijgen. Die hebben ze volgens de overheid niet meer nodig.
Wel betalen ze gewoon energiebelasting over groen gas. Leveranciers van warmte, daarentegen, mogen gasbelasting in rekening brengen (er is immers gas gestookt om die warmte op te wekken), maar die hoeven ze niet af te dragen. Dan is het niet vreemd dat energiebedrijven liever warmtenetten aanleggen dan groen gas maken. ‘Omdat groen gas direct moet concurreren met aardgas, is er voor niemand geld aan te verdienen,’ legt Visser uit.
Aquathermie, warmte uit water, en geothermie, warmte uit de ondergrond, zijn ook de heilige graal niet. ‘Het ontwikkelen van alternatieve bronnen als geothermie en aquathermie hebben best lange doorlooptijden,’ zegt Kuipers. En ideale vervangers van aardgas worden het volgens Visser nooit:
Het zijn enorm dure technieken die je eigenlijk het hele jaar zou moeten inzetten. Woningen hebben echter maar een gering aantal maanden warmte nodig. Daarom zie je geothermie vooral bij kassen.
‘Dat hebben de mensen niet verzonnen’
De proeftuinen waren eerst bedacht om de voordelen van gasloos wonen te demonstreren. Toen dat niet lukte, werden ze aan de man gebracht als proefwijken om verschillende technieken uit te proberen. Al het geëxperimenteer heeft het draagvlak onder de bevolking geen goed gedaan. ‘Als het van bovenaf opgelegd wordt, dan hebben mensen sowieso al weerstand,’ denkt Peters.
Toch is dat hoe het gaat. Marjan Brandes is manager bij de coöperatie Zeeuwind, dat in Zeeland groene stroom opwekt en meehelpt om vier dorpen en wijken van het gas te krijgen. Ze vertelt dat in Middelburg de gemeente besloot dat er een warmtenet moest komen.
Dat hebben de mensen niet verzonnen. Het komt niet van onderop.
In de Van der Pekbuurt in Amsterdam-Noord wilden de bewoners vooral betere isolatie van hun bijna honderd jaar oude woningen. Als er een warmtenet moest komen, zagen zij meer in aquathermie uit het IJ, een optie die door de TU Delft en Waternet was onderzocht. Woningcorporatie Ymere, dat de meeste huizen in de buurt bezit, koos voor restwarmte van het stedelijke Afval Energie Bedrijf.
Bert Müssig, medeoprichter van de lokale huurdersvereniging, heeft er geen goed woord voor over.
Er bestaat in principe nergens restwarmte. En als die er is, moet je zorgen dat die er niet is.
Wat je volgens hem in ieder geval niet moet doen, is er een hele economische structuur omheen bouwen.
Minder kosten aan isolatie
Müssig vermoedt dat Ymere voor de goedkoopste oplossing heeft gekozen. De corporatie wilde de 1.500 sociale huurwoningen in de Van der Pekbuurt eigenlijk slopen. De bewoners verzetten zich. Nu wordt er alsnog geïsoleerd, maar daar neemt Ymere tien jaar de tijd voor. Met restwarmte van de afvalverbrander kan dat goedkoop: afvalwarmte is van een hogere temperatuur dan aquathermie. Dus hoeft niet de beste (en duurste) isolatie te worden aangeschaft.
Wat zegt Ymere dan?
We zijn geen milieuorganisatie. Voor ons staat de betaalbaarheid van de huren voorop.
Brandes ziet hetzelfde in Zeeland:
Voor woningcorporaties is een warmtenet een relatief goedkope oplossing. Want je hoeft niet in alle woningen een warmtepomp te zetten.
Visser vult aan:
Het is de manier om mensen in opstand te brengen en die problemen kon je mijns inziens van verre zien aankomen.
Nu moeten zeven op de tien bewoners instemmen om een blok of wijk van het aardgas te halen. Het kabinet bereidt een wet voor die gemeenten de bevoegdheid geeft om ook bij minder of geen steun het gas af te sluiten. ‘We kunnen niet wachten op één huizenblok dat zich als een Gallisch dorpje verzet,’ zegt — wie anders? — Hugo de Jonge (CDA). De minister van Volkshuisvesting grijpt overheidsfalen steevast aan om meer beperkingen op te leggen.
(Geen) dogma
Zo mondt een vage doelstelling, de helft minder CO₂, binnen tien jaar uit in een overheid die inwoners tegen wil en dank van het gas haalt en afhankelijk maakt van het verbranden van Brits afval.
Huurders van corporatiewoningen hebben weinig in te brengen. Eigenlijk gek, vindt Müssig:
De verhuurder bepaalt waar jij je warmte vandaan haalt!
Eigenwoningbezitters mogen wel meebeslissen, maar kunnen door hun buren worden overstemd. En zelfs dat is minister De Jonge een doorn in het oog.
Volgens gasdeskundige Peters is het tijd om een stap terug te doen. ‘Van het gas af moet geen dogma zijn,’ zegt hij.
Dat idee, we moeten van gas los en alles moet gasloos worden, is wat mij betreft de verkeerde interpretatie van CO₂-neutraal worden.