Het is tijd voor iets nieuws! Sinds een week werk ik als public affairs medewerker bij de Dierencoalitie, een samenwerkingsverband van 17 dierenbeschermingsorganisaties. Voor mij een iets ander soort baan dan ik gewend ben, maar het zit dicht op media en politiek, waar ik wel enige ervaring mee heb, en — belangrijker — het geeft mij de kans om verder bij te dragen aan een beter leven voor dieren in Nederland.
De afgelopen maanden mocht ik de inbreng van Liberaal Groen op het VVD-verkiezingsprogramma voor dierenwelzijn, landbouw en voedsel coördineren. Dat is goed gegaan. Veel van onze punten zijn in het programma gekomen. Ook voorstellen voor circulariteit, energie, klimaat en water, waar ik niet inhoudelijk betrokken bij was. De VVD heeft nog nooit zo’n ‘groen’ verkiezingsprogramma gehad.
Ik merkte dat ik vooral verheugd was over de steun voor dierenwelzijn. Zowel in Liberaal Groen als partijbreed; twee amendementen voor dierenbescherming werden met 67 procent van de stemmen aangenomen.
Nog niet zo lang geleden kwamen dieren er bij de VVD bekaaid vanaf. Het vorige programma was al een verbetering; in 2012 vond de VVD ‘economische ontwikkeling’ nog belangrijker dan dierenwelzijn. (Nu het standpunt van de BBB.) Peilingen laten zien dat veel VVD-kiezers daar anders over zijn gaan denken. Dat geldt ook voor mij, dus ik ben erg blij dat ik daar, in een andere rol, mee door kan gaan.
Ik blijf bestuurslid bij Liberaal Groen, waar ik leiding geef aan Team Voedsel. Daar richten we ons op verduurzaming van de voedselketen. Veehouderij is daar natuurlijk onderdeel van, maar de prioriteiten verschillen: voor de Dierencoalitie is dat dierwaardigheid, voor Liberaal Groen het klimaat. Dat geeft mij een goede leidraad om de twee functies, waar nodig, uit elkaar te houden. En de Dierencoalitie is ook breder dan vee.
Ik stop goeddeels als journalist. Niet helemaal met schrijven, dat is één reden voor deze nieuwsbrief. Maar drie dingen naast elkaar en tegelijkertijd is te veel van het goede, en dan wordt het misschien toch lastig voor mezelf en voor anderen om die rollen te scheiden.
Sinds ik actief ben bij Liberaal Groen, ben ik minder over dierenwelzijn, landbouw en de VVD gaan schrijven, om partijdigheid te voorkomen. Ik vind dat je als journalist je best moet doen om neutraal te zijn. Dat is niet makkelijk! (Objectiviteit gaat nog een stap verder en is volgens mij onmogelijk.) Je moet niet doen alsof je geen mening hebt, maar juist bewust zijn van je mening en die opzij kunnen schuiven als die goede verslaggeving in de weg zit. Dat hoeft hier niet.
Een goede les uit de journalistiek die ik meeneem, is mensen serieus nemen. Ervan uitgaan dat ze menen wat ze zeggen. Dat betekent niet alles voor lief nemen. Nu gebeurt echter vaak het tegenovergestelde: journalisten die denken dat achter alles in de politiek een strategie zit. Vervolgens worden daar hele columns en uitzendingen aan gewijd. Dat is in de eerste plaats irrelevant voor de meeste mensen (en dieren). Zo worden geraakt door wat de politiek doet. In de tweede plaats voedt het wantrouwen. Journalisten scheppen zo de indruk dat politici het volk constant voor de gek proberen te houden (en zij zo slim zijn dat ze het doorhebben).
De oprechte motivatie van politici wordt óf niet interessant gevonden óf niet geloofd, dus komt nauwelijks ter sprake. Dan klaagt iedereen dat politici zo flets overkomen. Af en toe gebeurt het ‘per ongeluk’, omdat een niet-journalist aan de tafel van een talkshow of uit het publiek ernaar vraagt. Dan is iedereen aangenaam verrast dat er toch een mens in de politicus blijkt te zitten.
Als je wilt weten hoe beleid wordt gemaakt, is de PR echt niet de meest interessante kant en dat komt sowieso later. Het begint vaak met ideeënvorming binnen politieke partijen. Wat politici drijft, is daarom niet alleen humaninterestjournalistiek; het is politieke journalistiek.
Vervolgens spelen ideologie, belangen, betaalbaarheid en geloofwaardigheid mee. VVD’ers zijn over het algemeen niet zo recht in de leer. Toch wordt regelmatig de vraag gesteld, ‘is dit (wel) liberaal?’ Wat zelden uitsluitsel geeft, overigens, want het liberalisme heeft geen Bijbel. Bij de VVD zullen de belangen van ondernemers altijd wat zwaarder wegen. Bij de BBB zijn dat de boeren, bij D66 het onderwijs, bij GroenLinks het milieu. Bij de VVD kan je een plan meestal wel van tafel krijgen als het geen financiële onderbouwing heeft. Andere partijen vinden dat minder belangrijk. Een partij die vaak meeregeert, kan minder snel van standpunt veranderen. De PVV pleitte drie jaar terug nog voor afschaffing van de ‘bioindustrie’ en beweert nu achter de boeren te staan, en komt ermee weg.
Over die dynamiek en die afwegingen lees ik weinig in de krant. Tot op zekere hoogte begrijp ik dat: de processen duren soms lang, gaan niet altijd in een rechte lijn, en niet iedereen wil daar met journalisten over praten. Maar veel is openbaar: congressen, discussieavonden, inbreng op verkiezingsprogramma’s, amendementen. (Dat geldt ook voor veel lobbyactiviteiten. De Dierenbescherming, LTO, de Nederlandse Vereniging van Banken, de Unie van Waterschappen… Hun aanbevelingen staan gewoon online.) En journalisten kunnen natuurlijk wel bedenken dat wie hen opzoekt, dat met een reden doet. En nagaan of gevoelens of meningen breed binnen een partij worden gedeeld. Dan kan het antwoord ‘nee’ zijn — en dan heb je geen verhaal meer.
Politicoloog Joop van den Berg verwoordde het een maand geleden treffend: media denken dat ‘cynisch oordelen over onenigheid het kenmerk van journalistieke kwaliteit is.’ (En zijn vervolgens verbaasd dat politici niet het achterste van hun tong laten zien.) Hoe vaak ik wel niet heb gelezen dat ‘de’ achterban van de VVD iets vond, op basis van een paar citaten! Door vooral leden aan het woord te laten die hun zin niet krijgen, ontstaat de indruk dat partijdemocratie niet werkt. Wat weer ontmoedigt om lid te worden van een politieke partij, want dat heeft toch gen zin?
De uitzondering is nieuws. Maar niet de hele werkelijkheid. En zelfs uitzonderingen worden genegeerd als ze niet in een verwachtingspatroon passen. Op het VVD-verkiezingscongres werd ook een amendement in stemming gebracht om weer 130 kilometer per uur te gaan rijden. Dat kwam in het nieuws, ook al stemde twee derde van de leden tegen. Twee derde stemde vóór aanvullende maatregelen om dieren te beschermen. Dat vond welgeteld één journalist de moeite waard om op te schrijven (Petra de Koning van NRC).
Met deze nieuwsbrief wil ik daar een beetje tegenwicht aan bieden. Het is dus niet mijn ambitie om in alles altijd volledig te zijn. (Soms kan dat ook niet. Alles dat ik opschrijf, had anderen ook kunnen horen, lezen of zien.) Ik ben geen verslaggever meer. Ik schrijf over wat mij bezighoudt, op eigen titel.
De verhalen die ik als journalist heb gemaakt voor NRC, Het Parool, Sargasso, Trouw en Wynia’s Week zijn te vinden in het archief (klik op de links). Nederlandse lezers van mijn Engelstalige nieuwsbrief, Atlantic Sentinel, ontvangen automatisch ook deze nieuwsbrief, en ik heb enkele bekenden uit de VVD toegevoegd. Ik hoop dat jullie graag meelezen! Liever niet? Klik dan op ‘Unsubscribe’ hieronder.
Leuk Nick! Blijven schrijven.